|
||||||||
Aan het eind van 2018, nu exact twee jaar geleden, kregen we ‘Finding Natalie’ te horen. Het was een nummer van een zekere David Haerle, zanger-gitarist uit Edendale. Edendale is een schitterend genaamd district van Los Angeles, ten noordwesten van Downtown L.A.. Het was home en decor van de meeste grote filmstudio’s uit de pioniersperiode, de tijd van de Keystone Cops en de eerste prenten van Charlie Chaplin, vlak vóór de uittocht naar Hollywood, tegen 1920 aan. Er is blijkbaar iets blijven hangen van de filmmagie, want ‘Finding Natalie’ is niet enkel een aanstekelijk rocknummer, lekker ouderwetse west coast rock met zowaar een intro, middenstuk, knetterende, spetterende, naar een zinderende climax toewerkende solo’s van Haerle op elektrische gitaar en van de ongelofelijke violiste Luanne Homzy. Maar het nummer vertelt ook een ontroerend verhaal over een (dé) jeugdliefde, een story met filmische kwaliteiten, het soort dat je blijft herkauwen… Je vergelijkt met wat je zelf in je jeugd ervoer, en waarom het bij jou ook niet beter liep. Anders gezegd, zoiets maken we allemaal mee en dat laat sporen na in ons zieltje. De song kwam uit ‘Garden Of Edendale’, ook in zijn geheel een pracht van een plaat. Na ‘Finding Natalie’ volgen er nog twaalf songs, niet allemaal even knallend van uitvoering, maar wel allemaal even verleidelijk in hun verscheidenheid. Of Edendale een echte Tuin van Eden is, zoals de titel suggereert, laten we in het midden, maar voor David Haerle is dat wel het geval. Vandaar dat hij ervan zei dat ‘Garden Of Edendale’ een love story is: liefde voor rock-‘n-roll, voor zijn thuis en regio, en voor de ongelofelijke mensen die hij er kent. Een blik op zijn leven tot nu toe. ‘I tried to transform nostalgia into beauty’. De plaat is dus met recht en reden een fiere ‘home grown’. Ook muzikaal: in die zeven jaar schreef hij de songs, vanaf nul, maakte opnames op basis van jams waar stukken nog van verwerkt zitten in de songs. Het gaf ook de kans om een team op te bouwen: de meeste van de medewerkers zitten nog steeds in de huidige ploeg. Eersteling? Ja, dit bleek een debuutplaat, maar zo klinkt ze dus niet. Haerle en zijn muzikanten zijn zoals al duidelijk mag zijn geen debutanten. David zit van in zijn vroegste jaren in de muziekbusiness: zijn grootouders (aan moeders zijde) waren eigenaars van het eerste voltijds country radiostation in Nashville. Zijn vader Martin verliet Duitsland met de intentie het te maken in de country muziekindustrie en was mede-oprichter van het onafhankelijke CMH Records (in een garage in LA) Maar David was (en is) een rocker en rekende Jimi Hendrix, Frank Zappa, David Bowie en Led Zeppelin tot zijn helden. In 1990 nam hij de firma over als CMH Label Group, waar hij 29 jaar lang president van was. Het runnen van het bedrijf belette hem professioneel bezig te zijn met het zelf muziek maken, zingen, spelen, schrijven en producen. Er was nog wel de ambitie: in 2009 volgde hij zelfs stem coaching, een belangrijke opstap naar het hernemen van het muziek maken. Wat geldt voor het debuut, geldt integraal ook voor ‘Death Valley’, een opvolger in alle betekenissen, een soort ‘Garden Of Edendale’, volume II: David had duidelijk nog heel wat meer te vertellen, genoeg voor 15 songs. Death Valley (‘Vallei des doods’) is een woestijndal dat van noord naar zuid loopt doorheen Californië; In de zomer is het één van de heetste plaatsten op onze planeet. Met 86 meter onder de zeespiegel is Death Valley het laagste punt van Noord-Amerika. Het is onderdeel van het Death Valley National Park, een gevarieerd maar ruig landschap. Die titel is dus eveneens geen toeval, in het licht van waar hij mee bezig is, want Death Valley is zijn lievelingsplek op deze planeet, een gebied dat hem telkens weer inspiratie bezorgt: niet zelden eindigde de zomervakantie met een bezoek aan het gebied en nog steeds is het zijn ideale plek voor herbronning In hoeverre de titel van de plaat naar de inhoud van de songs hint, is zeer de vraag. De verzorgde sound van ‘Death Valley’ ligt naadloos in het verlengde van het debuut en de melodierijkdom lijkt eindeloos. Eens te meer zorgen de instrumentale tussenstukken voor een boost en tonen keer op keer welke begenadigde gitaarspeler David over de jaren heen geworden is. Zijn herkenbare zangstem geeft het geheel eenheid én identiteit. Toch is ‘Death Valley’ helemaal geen doorslag van ‘Garden Of Edendale’. Zo staat er geen goedkope kopie van ‘Finding Natalie’ op. Elke song is, binnen het spectrum van de muziek, anders en uniek. Opener ‘I Want To Be Like Him’ en vervolg ‘The Free Show’ met heerlijk mandolinewerk van Carson Cohen (die elders bas en keyboards speelt) zetten de toon. Haerle kreeg opnieuw assistentie van Jose Salazar en Brina Kabler voor de productie en werkte met een aantal befaamde technici en mixers, zoals Bob Ludwig. Nummer drie ‘Edendale’ is pure tederheid: u raadt het, het is een liefdesverklaring aan zijn thuisstreek. Wat volgt is één van de hoogtepunten van deze cd: ‘Go Do That With Sharon’. Die song start kalm, maar krijgt regelmatig een adrenalinestoot, waar de uitstekende drummer Reade Pryor dan de aanzet toe geeft. Sterke backing vocals met herhaling van de punchlines ronden ‘Go Do That With Sharon’ schitterend af. Het volgende hoogtepunt staat al klaar: ‘Romy And Michele’, dat verwijst naar ‘Romy And Michele’s High School Reunion’ uit 1997, komische prent met o.a. de hoogst charmante én knotsgekke Lisa Kudrow, ja, de Phoebe Buffay van ‘Friends’) Deze film maakte op David indruk, allicht niet om enige psychologische diepgang, maar omdat via schitterende acteerprestaties, ook van Kudrows partner Mira Sorvino, de losers veranderen in winnaars. Het meezingbare ‘Edendale, Edendale’ refreintje verzacht de onmiskenbare melancholie, die het daaropvolgende verfijnde ‘Ms. Bell’ ook heeft. Zo vertellen alle volgende songs ‘Forgiving Myself’, ‘Smoggy Days’, het voortjagende ‘Tellers’ en ‘Self Made Man’ een ander aspect van Haerles diepe duik in zijn verleden en zo de zoektocht naar zichzelf. ‘The Groove Of The Record’, ‘Perfect Lover‘ ‘Run And Be Free’ en afsluiter ‘Eureka!’: geen enkel nummer waar we ons minder goed bij voelen. Tekstuele valt er steeds were wat te ontdekken, zodat je aan het eind een goed beeld krijgt van wat de persoonlijkheid van David Haerle maakt en wat hem drijft. In de verrassend luchtige titelsong ’Death Valley’ doet violiste Luanne Hamzy (die van ‘Finding Natalie’) op haar eigen sprankelende wijze dan toch nog eens een duit in het zakje. ‘Death Valley’ is geen wereldschokkende cd die het gezicht van de rock ingrijpend zal veranderen of, godbetere, het tegenwoordig weinig innovatieve genre een tweede adem zal geven, maar ze bezit een aantal andere eigenschappen die élke muziek zou moeten hebben: ze is eerlijk, puur, persoonlijk en inhoudelijk zinvol. Antoine Légat
|
||||||||
|
||||||||